GCT

De standaardtest om zwangerschapsdiabetes op te sporen is de challengetest. De test gebeurt tussen 24-28 zwangerschapsweken. Een uur nadat u een oplossing van 50g glucose hebt gedronken, wordt er bloed geprikt om de bloedsuikerwaarden te bepalen. U dient voor deze test niet nuchter te zijn. Toch raden we af om een suikerrijk ontbijt te nemen vlak voor uw test.

U krijgt uw drankje op voorhand mee tijdens één van de consultaties bij de vroedvrouw op de prenatale raadpleging.

De resultaten kennen we de dag zelf nog, de vroedvrouw die de test uitvoerde zal contact met u opnemen hiervoor. Indien het resultaat verhoogd is, plannen we een uitgebreide suikertest of OGTT.

OGTT

Deze test wordt uitgevoerd op de prenatale raadpleging van het ziekenhuis. Deze test duurt ongeveer twee uur en u dient tijdens de hele duur nuchter te zijn. U mag wel water drinken. Er wordt eerst een nuchtere bloedafname gedaan. Dan drinkt u 75 g glucose (200 ml). Na 30, 60 en 120 minuten wordt er bloed afgenomen.

Als deze test één verstoorde waarde vertoont, is er sprake van zwangerschapsdiabetes en zal men u doorverwijzen naar de diabetesverpleegkundige. De vroedvrouw zal u dezelfde dag nog contacteren om de resultaten te bespreken.

Zwangerschapsdiabetes

Zwangerschapsdiabetes of diabetes gravidarum is een vorm van diabetes die ontstaat tijdens de zwangerschap, meer bepaald na de twintigste week, onder invloed van zwangerschapshormonen die geproduceerd worden door de placenta.

Deze zwangerschapshormonen doen de gevoeligheid voor insuline afnemen. Dit leidt tot een verminderde insulineproductie door de alvleesklier, hierdoor ontstaat er een grotere intolerantie voor glucose. Zwangerschapsdiabetes verdwijnt meestal vanzelf na de bevalling maar u hebt wel dubbel zo veel kans om binnen de tien jaar na de bevalling diabetes te ontwikkelen. Ook na de zwangerschap is het zeer belangrijk om zich jaarlijks goed te laten opvolgen.